Ga naar de content

Knuffelpop met hartslag: vijf vermijdbare obstakels

“Het verbaast me hoeveel innovaties stranden op zaken als een slechte internetverbinding.”

Sommige obstakels voor gebruik van zorgtechnologie zijn te voorkomen maar worden simpelweg over het hoofd gezien. Onderzoeker Sima Ipakchian Askari (Vilans) benoemt er vijf, aan de hand van een test met een knuffelpop met hartslag.

Ook mensen met dementie hebben behoefte aan affectie en nabijheid. Maar zorgverleners kunnen die niet altijd geven. Zorgtechnologie kan uitkomst bieden, zoals een knuffelpop met hartslag die is ontwikkeld in Groot-Brittannië, samen met mensen met dementie. Deze verhoogt het welbevinden van mensen met dementie, blijkt uit Engels onderzoek, en vermindert onrust. Onderzoeker Sima Ipakchian Askari (Vilans) wilde deze knuffelpop daarom uitproberen in Nederland, samen met zorgorganisaties Zorg in Oktober en Surplus. In twee verpleeghuizen deden ze een verkenning. Begin 2025 verscheen een evaluatie (zie linkedin.com).

Ipakchian Askari deelt hier vijf obstakels die ze tegenkwam bij deze en andere implementatietrajecten, die gemakkelijk zijn te voorkomen. “Het verbaast me hoeveel innovaties stranden op zaken als een slechte internetverbinding. Maar er zijn meer vermijdbare obstakels.”

1. Gebruiker ziet het nut niet

De tool of technologie is klaar en ligt in de kast, maar wordt zelden ingezet omdat gebruikers het nut niet inzien of de innovatie om andere redenen niet willen gebruiken. Dit is een veelvoorkomend obstakel van implementatie.

De oplossing: betrek degenen die je zorgtech moeten gebruiken (mensen met dementie) én degenen die deze moeten aanreiken (zorgverleners). Check samen met hen of jouw zorgtech wel oplossing biedt voor een bestaand probleem in die specifieke situatie of afdeling.

En ja, dat mag quick & dirty – naar wetenschappelijke maatstaven. Ipakchian Askari: “Een half uurtje praten met één of twee mensen kan al enorm helpen en concrete inzichten geven.”

2. Eh.. hoe werkt dit?

Dit lijkt een open deur, maar ontbreekt toch vaak: praktische informatie voor gebruik en onderhoud, afgestemd op mbo-niveau (de meeste zorgverleners zijn mbo-geschoold). Voor wie en welk probleem is je zorgtech bedoeld? Zijn er contra-indicaties? Werkt je technologie op stroom of batterijen? Zit er wifi of bluetooth op? Hoe maak je de zorgtech schoon?

“Voor de knuffelpop met hartslag bestond al een eenvoudige Engelse handleiding,” vertelt Ipakchian Askari. “Die konden we vertalen.” Voor langere handleidingen is een video beter, of uitleg-afbeeldingen. En overweeg meertalige handleidingen, als je zorgtech is bedoeld voor een multiculturele omgeving.

3. Afstemming en co-creatie te groot maken

Je gebruiksinformatie checken op nut en begrijpelijkheid doe je het liefst samen met de gebruiker. Co-creatie dus. Denk jij dan aan gevalideerde enquêtes, focusgroepen organiseren en.. pffff…? Je bent niet de enige. Maar het hoeft niet zo wetenschappelijk dichtgetimmerd.

Geef een paar gebruikers je zorgtech in handen. Laat ze die zelf uitproberen. Geef ook een paar opdrachten. Kijk wat er gebeurt. Waar lopen ze vast? Welke vragen stellen ze? Ipakchian Askari: “Bij de knuffelpop met hartslag wilden zorgverleners weten of die in de wasmachine kon.”

4. Verkeerde methode voor implementatie

In het verleden werden nogal eens verkeerde methodes gebruikt voor implementatie. Een methode om implementatie op te schalen bijvoorbeeld, terwijl implementatie op kleine schaal nog moest. “Starten met Verkenning en daarna Zinvol uitproberen, geeft je de kans om praktische obstakels te ontdekken en aan te pakken.” Bij Verkenning ga je na of je zorgtech wel aansluit bij de wensen en behoeften; bij Zinvol uitproberen test je op kleine schaal of inzet praktisch kan. Verkennen, Zinvol uitproberen en Opschalen zijn onderdeel van Vilans’ zogeheten Honingraatmodel: een werkwijze om effectief te implementeren (zie Vilans.nl).

5. Evaluatie: te wetenschappelijk

Natuurlijk wil je achteraf weten wat het effect is en wat je nog kunt verbeteren aan de zorgtech die je in de praktijk bracht. Maar respons krijgen op evaluaties blijkt een uitdaging. Deels doordat zorgprofessionals wisselende diensten werken en nauwelijks tijd hebben. De oplossing: een laagdrempelige evaluatie.

  • Bied voldoende tijd voor testgebruik, bijvoorbeeld zes weken.
  • Houd je vragenlijst voor evaluatie kort.
  • Formuleer eenvoudige vragen.
  • Bied ruim tijd, meerdere weken, om vragenlijsten in te laten vullen.
  • Stel je flexibel op.

Engels onderzoek naar de knuffelpop met hartslag maakte gebruik van wetenschappelijk gevalideerde vragenlijsten. In Nederland gaven zorgverleners aan dat ze die onduidelijk vonden en lastig in te vullen. “Daarom pasten we die aan naar een korte, vereenvoudigde versie. Die werd goed ontvangen maar ook beperkt ingevuld,” vertelt Ipakchian Askari. “We hebben daarom aangevuld met enkele interviews. Zo kregen we alsnog genoeg inzicht voor doorontwikkeling.”

Ook UKON-onderzoekers worstelden met gebrek aan respons; lees in Zorgprogramma vertaald hoe zij dit oplosten.

Laatste gewijzigd: 06-06-2025 09:15

Meer inspiratie

Zet de volgende stap samen met DEMPACT
1
Beantwoord 4 vragen
Vertel ons via 4 vragen over je onderzoek. En ontdek welke organisaties jou mogelijk kunnen helpen bij implementatie en andere impactactiviteiten.
2
Neem vervolgens contact op met DEMPACT
DEMPACT introduceert je bij de juiste mensen van de juiste organisaties.

Vul 4 vragen in

'Jouw impactpartners' toont alle organisaties die kunnen ondersteunen bij realisatie van impact. Als je 4 vragen invult, verschijnen alleen organisaties die relevant zijn voor jouw onderzoek.